Dierenriemtekens en -beelden
De dierenriem of zodiak is ongetwijfeld het meest bekende onderdeel van de astrologie. Zo'n 90% van de mensen blijkt bij ondervraging te weten onder welk van de twaalf tekens hij of zij geboren is. Deze twaalfdeling van de schijnbare baan van de zon om de aarde is het meest globale onderdeel van de astrologie: hij overkoepelt alle andere. De twaalf tekens weerspiegelen een universeel proces en ontlenen daardoor hun betekenissen aan hun volgorde. Zo heeft het eerste teken, Ram, als kernbetekenis 'het begin', waaruit onmiddelijk hoedanigheden voortvloeien als actie, stootkracht, impulsiviteit, principe, e.d. Evenzo geldt dat voor het laatste teken, Vissen, met als kernbetekenis 'voltooien', wat al het voorgaande relativeert; logisch dat dit teken ook te maken heeft met afronden, liquideren (in de zin van vloeibaar maken), loslaten en afstand nemen.
Er zijn in feite twee dierenriemen. De ene is de al genoemde twaalfdeling, dat is de dierenriem van de tekens van elk 30°, de andere bestaat uit de twaalf gelijknamige sterrenbeelden van ongelijke lengte en is de dierenriem van de beelden. Vanaf de aarde gezien beweegt de beeldenzodiak zich in achterwaartse richting langs de tekenzodiak met een snelheid van 2160 jaar per teken. Dit betekent dat eens in de 25920 jaar de beginpunten van beide dierenriemen samenvallen, het zogeheten platonische jaar. De laatste keer dat dit verschijnsel optrad, was rond het jaar nul van onze jaartelling. Van dan af begint het teken Ram geleidelijk aan het sterrenbeeld Vissen te dekken; dat is het begin van het Vissentijdperk, maar niet het einde van het voorgaande Ramtijdperk. Elk tijdperk loopt namelijk door in het volgende totdat de eclipsseries eindigen die in het voorgaande begonnen zijn. Het Watermantijdperk staat dus voor de deur, vandaar de referenties eraan in talloze uithoeken van de alternatieve wereld. Eenzelfde soort oppervlakkigheid kenmerkt de kritiek dat astrologie vanwege die dubbele zodiak onzin is; terwijl deze verschuiving juist de grotere cultuurperioden van onze beschaving weerspiegelt. Bovendien menen deze critici dat de astrologie is ontstaan rond het jaar nul, toen beelden en tekens samenvielen, terwijl haar oorsprong schuilgaat in de prehistorie.
Onderdeel van de dierenriem zijn de algemeen bekende vier elementen, vuur, aarde, lucht en water. Elk van hen beheerst drie tekens: vuur is er in Ram, Leeuw en Boogschutter (half mens, half paard); aarde in Stier, Maagd en Steenbok; lucht in Tweelingen, Weegschaal en Waterman: water tenslotte in Kreeft, Schorpioen en Vissen. Direct valt op dat vuur en water eenduidig dieraanduidingen vertonen; beide andere elementen, met uitzondering van Stier en Steenbok, niet. Alsook dat de elkaar opvolgende wintertekens, Boogschutter en Steenbok (een bok met een vissenstaart), niet bestaande wezens zijn. Qua betekenissen van de betreffende tekens valt hier veel uit af te leiden.1 Minder bekend is de verdeling in drie kruisen van vier tekens: de hoofdtekens (Ram, Kreeft, Weegschaal, en Steenbok), de vaste tekens (Stier, Leeuw, Schorpioen en Waterman) en de beweeglijke of dubbele tekens (Tweelingen, Maagd, Boogschutter en Vissen). Hoofd, vast en beweeglijk staan o.a. voor resp. ondernemen, creëren en denken. De verdeling in kruisen vormt de dynamische dimensie van de dierenriem; de verdeling in elementen is de statische. Elk teken is dus een combinatie van een element en een hoedanigheid, absoluut verschillend van de elf anderen.
Lees verder bij 'Planeten en hun stelsel'.
- 1 Zie: 'Handboek astrologie' (G. Bode), 'Beeldentaal van de dierenriem' (F.H. Julius), 'Levenswegen' (P. van Schilfgaarde).